1 Koningen 21:6

SVEn hij sprak tot haar: Omdat ik tot Naboth, den Jizreeliet, gesproken en hem gezegd heb: Geef mij uw wijngaard om geld, of, zo het u behaagt, zal ik u een wijngaard in zijn plaats geven; maar hij heeft gezegd: Ik zal u mijn wijngaard niet geven.
WLCוַיְדַבֵּ֣ר אֵלֶ֗יהָ כִּֽי־אֲ֠דַבֵּר אֶל־נָבֹ֨ות הַיִּזְרְעֵאלִ֜י וָאֹ֣מַר לֹ֗ו תְּנָה־לִּ֤י אֶֽת־כַּרְמְךָ֙ בְּכֶ֔סֶף אֹ֚ו אִם־חָפֵ֣ץ אַתָּ֔ה אֶתְּנָה־לְךָ֥ כֶ֖רֶם תַּחְתָּ֑יו וַיֹּ֕אמֶר לֹֽא־אֶתֵּ֥ן לְךָ֖ אֶת־כַּרְמִֽי׃
Trans.wayəḏabēr ’ēleyhā kî-’ăḏabēr ’el-nāḇwōṯ hayyizərə‘ē’lî wā’ōmar lwō tənâ-llî ’eṯ-karəməḵā bəḵesef ’wō ’im-ḥāfēṣ ’atâ ’etənâ-ləḵā ḵerem taḥətāyw wayyō’mer lō’-’etēn ləḵā ’eṯ-karəmî:

Algemeen

Zie ook: Geld, Munten, Jizreel, Naboth, Wijngaard

Aantekeningen

En hij sprak tot haar: Omdat ik tot Naboth, den Jizreeliet, gesproken en hem gezegd heb: Geef mij uw wijngaard om geld, of, zo het u behaagt, zal ik u een wijngaard in zijn plaats geven; maar hij heeft gezegd: Ik zal u mijn wijngaard niet geven.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְדַבֵּ֣ר

En hij sprak

אֵלֶ֗יהָ

tot

כִּֽי־

Omdat

אֲ֠דַבֵּר

gesproken

אֶל־

ik tot

נָב֨וֹת

Naboth

הַ

-

יִּזְרְעֵאלִ֜י

den Jizreëliet

וָ

-

אֹ֣מַר

en hem gezegd heb

ל֗

-

וֹ

-

תְּנָה־

Geef

לִּ֤י

-

אֶֽת־

-

כַּרְמְךָ֙

mij uw wijngaard

בְּ

-

כֶ֔סֶף

om geld

א֚וֹ

of

אִם־

zo

חָפֵ֣ץ

behaagt

אַתָּ֔ה

het

אֶתְּנָה־

geven

לְ

-

ךָ֥

-

כֶ֖רֶם

zal ik een wijngaard

תַּחְתָּ֑יו

in zijn plaats

וַ

-

יֹּ֕אמֶר

maar hij heeft gezegd

לֹֽא־

niet

אֶתֵּ֥ן

geven

לְ

-

ךָ֖

-

אֶת־

-

כַּרְמִֽי

Ik zal mijn wijngaard


En hij sprak tot haar: Omdat ik tot Naboth, den Jizreeliet, gesproken en hem gezegd heb: Geef mij uw wijngaard om geld, of, zo het u behaagt, zal ik u een wijngaard in zijn plaats geven; maar hij heeft gezegd: Ik zal u mijn wijngaard niet geven.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!